Jos van Vreeswijk is meer dan dertig jaar beeldhouwer en nog langer is hij werkzaam als schilder. Zijn specialiteit wordt gevormd door beelden in steen en op dat vlak behoort hij tot de belangrijkste kunstenaars van Nederland en België. Zijn werk is al talloze jaren te bewonderen op ’s werelds belangrijkste kunstbeurs, de TEFAF. De huidige tentoonstelling bij de Valkenburgse Galerie/beeldentuin Giardino toont een uitgebreid overzicht beelden en schilderijen in zijn oeuvre.
Na een half leven lang beeldhouwerschap zegt hijzelf hierover: ‘Beeldhouwen is simpel, lekker hakken in steen. Iedereen met een beetje handigheid kan een vorm uit een steen halen. Wat het moeilijk maakt is niet de vorm, maar de inhoud van het beeld’.
De eerste marmeren beelden van Jos van Vreeswijk lijken, alleen door het materiaal al, volmaakt. Menig beschouwer voelt de behoefte ze aan te raken en te betasten; niet alleen omdat ze zo perfect zijn gepolijst, maar omdat er uit hun schijnbaar abstracte vormen iets heel natuurlijks en kwetsbaars naar buiten treedt.
Later maakte Van Vreeswijk beelden die een groei naar boven vertonen, naar de lucht, naar het verhevene. Losse elementen, die tevens een staaltje vakmanschap verraden, maken het werk toegankelijk voor de beschouwer. Zij hebben vaak de vorm van een schakel van een ketting. De opstap die zij bieden om het beeld te benaderen en kennis te maken met de innerlijke wereld van het werk, vormt tevens de keten die de beschouwer vasthoudt.
Rond 1990 liet Jos van Vreeswijk zich verleiden tot een ander medium. Hij begon wederom te schilderen. Evenals zijn beeldhouwwerk zijn de schilderijen overtuigend en sterk. Zij betekenden voor de kunstenaar een nieuwe doorbraak in zijn oorspronkelijk metier. Het beeldhouwwerk veranderde dramatisch. En zo geleidelijk als voorheen de ontwikkeling was verlopen van organische, natuurlijke vormen naar abstracte beelden, zo abrupt hakte Van Vreeswijk in 1990 zijn laatste abstracte beeld. Vanaf dat moment ontstonden koppen en lichamen. Nog steeds binnen een eigen realiteit, slechts verwijzend naar de bestaande werkelijkheid. Laten de eerdere beelden de toeschouwer nog binnen, aanvankelijk door hun zachte vorm en later door middel van schakels, de nieuwe beelden sluiten alles en iedereen buiten. Geblindeerde Torsen zijn volledig naar binnen gekeerde beelden. Opgesloten in hun eigen wereld. Van Vreeswijk zei erover: ‘deze beelden sluiten zich volledig af voor alle geweld en ellende. De schilderijen vormen feitelijk een weerslag van wat zich binnen de beelden afspeelt.’
Jos van Vreeswijk maakte zijn eigen Boeddha’s, Untouchables. Hij hakte zijn weg naar vrijheid. Een logische stap in zijn dagelijkse leven volgde. De beeldhouwer trok zich terug. Ver weg van zijn hectische geboorteplaats Utrecht, verhuisde hij naar een idyllische plek in België. Geleidelijk veranderde de uitdrukking van zijn beelden.
Hoewel nog vaak geblinddoekt, lijken ze de buitenwereld weer meer toe te laten. Er zijn onlangs Blind Dates en Bathers in steen en Couples in brons ontstaan, die symbolisch met elkaar verbonden zijn door een eeuwigdurende schakel. Hun afweermechanismen lijken minder defensief, minder scherp, soms zijn ze geheel verdwenen.
Vanaf het begin van zijn kunstenaarschap heeft Van Vreeswijk gezocht naar de uitdrukking van zijn wens naar verbondenheid en vrede. Vrede in zijn eigen hoofd, vrede in de wereld. Zijn werk diende zijn onrust te bedwingen. Altijd was technische perfectie een voorwaarde voor zijn beelden om het atelier te mogen verlaten. Maar tegelijkertijd zijn de gebroken, ‘mislukte’ beelden, zijn grootste leermeesters geweest. ‘Een beeld breekt nooit voor niets’.